26 februari 2013

John Harvey

© Molly Boiling
In het begin van de jaren '90 verschenen er enkele misdaadboeken van John Harvey in ons taalgebied. Maar dat was lang vóór de aandachtsgolf van media, boekbedrijf en lezers richting thrillerwereld op gang kwam.

In zo'n klimaat was het mogelijk dat een raspaardje als deze Brit (intussen gelauwerd en verfilmd), vanuit onze ogen gezien, weer naar de anomimiteit terugkeerde.

Maar: nieuwe jaren, nieuwe kansen. Onlangs verscheen Vlees en bloed, een boek uit 2004, het eerste deel van de Frank Elder-trilogie. Liefhebbers van een klassiek opgevatte misdaadroman met aansprekende personages, een sociaal bewogen benadering en suggestieve dialogen komen bij John Harvey aan hun trekken. Redenen genoeg om hem nu wel in het land te houden...

 
"Ik zou een dun lijntje willen trekken tussen sommige van mijn sociaal bewogen boeken en 'Bleak House' of 'Hard Times' van Dickens."


De laatste jaren is er in het Nederlandse taalgebied een erg gunstig klimaat ontstaan voor misdaadauteurs. Wat betekent het voor u om Vlees en bloed bij ons gepubliceerd te zien?

Ik ben altijd blij wanneer één van mijn boeken in een andere taal of een ander land uitgegeven wordt; dat betekent meer lezers en ook de mogelijkheid om uitgenodigd te worden en te kunnen praten met lezers en voor te lezen uit mijn eigen werk.

Aangezien ik Amsterdam geregeld bezoek, zou het erg leuk zijn om opnieuw een excuus te vinden voor een volgend reisje.  
Dit 2de deel uit de Elder-reeks
leverde John Harvey de Prix polar européen op
Geeft Vlees en bloed ons een goed beeld van uw andere boeken of zijn er belangrijke verschillen?

Ik denk dat dit boek typisch is voor wat ik geschreven heb in de 2de helft van mijn carrière: de boeken die vanaf 2004 gepubliceerd werden – na de eerste tien boeken met rechercheur Charlie Resnick, dus.

Het verschilt een beetje van andere boeken, zoals de twee volgende Frank Elder-romans; het is eerder een thriller dan een verhaal over een politieonderzoek en geeft daarom een meer complete kijk op de hedendaagse samenleving.

 
Rechercheur Elder zegt: 'Wanneer we opgroeien, uit wat voor familie we ook voortkomen, hebben we iets extra's nodig, iets belangrijks.'
Was er voor u ook zoiets extra’s in die tijd?

Wat ik in mijn jeugd van mijn familie kreeg om me te helpen schrijver te worden? 
Ze gaven me altijd boeken, boeken voor Kerst, boeken voor mijn verjaardag... Eén van de boeken die ik me goed kan herinneren - ik was toen 5 of 6 jaar - is Hare Joins the Home Guard van Margaret Tempest, een plaatjesboek met onderaan woorden. Het verhaal was tegelijkertijd beangstigend en vermakelijk.

Toen ik 10 of 11 was, las ik Buffalo Bill Wild West Annual, een ander belangrijk boek dat me op weg hielp om later westerns te schrijven.

Iets anders belangrijks dat ik van mijn ouders meekreeg was de liefde voor film en daarmee een gevoel voor wat vertellen is en hoe dat precies werkt. Wij maakten deel uit van de laatste generatie ouders en kinderen die wekelijks naar de bioscoop gingen.

En... tijdens het schrijven van dit boek was er een nieuw contract met Random House (UK) en, voor het eerst, een aanzienlijk promotiebudget!!  

Elder leest David Copperfield in zijn vrije tijd. Bent u het eens met het idee dat Shane Donald een moderne David Copperfield is, met uitzondering van het vrij positieve einde bij Dickens. En doet u dat vaker, u laten inspireren door literaire figuren?

Die vergelijking met David Copperfield zie ik niet zo – hoe interessant ze ook is. Het antwoord op het tweede deel van je vraag is: zelden. Toch zou ik een dun lijntje willen trekken tussen sommige van mijn sociaal bewogen boeken en Bleak House of Hard Times van Dickens.

Het is een feit dat de Resnick-boeken, die zich afspelen in Nottingham, in grote lijnen, over die stad en haar burgers gaan en dat de meeste misdaden en misdadigers voortkomen uit de socio-economische situatie. Wat dat betreft, zijn ze verwant aan de sociaal bewogen romans van Dickens en ook aan die van de 20ste eeuwse regionale auteur Alan Sillitoe die sociaal-realistische boeken schreef. Zijn Saturday night and sunday morning speelt in dezelfde straten als de Resnick-romans. 

Nottingham, de setting van de Resnick-serie
© José M Vasquez
U hebt een lange carrière achter de rug. Zien misdaadsituaties en de persoonlijkheid van een misdadiger er nu anders uit dan vroeger?

Ik denk dat misdaadsituaties zich aanzienlijk verbreed hebben als gevolg van de uitbreiding van de Europese Unie en de transmigratie van mensen en ook, vanzelfsprekend, met de verspreiding van het internet en het digitale tijdperk.


U hebt toneel onderwezen en in dit boek zijn er verschillende verwijzingen naar Shakespeare. Welk soort schrijver zou hij zijn, mocht hij nu leven? Ziet u hem bijvoorbeeld misdaadromans schrijven?
 
Ik denk dat misdaadromans een té beperkt kader zouden opleveren voor hem. Toch nemen misdaden, zoals moord, in een groot gedeelte van zijn werk een centrale plaats in. Mogelijk zou hij op een hedendaagse manier eenzelfde soort materiaal gebruiken.

U heeft ook scenario’s geschreven voor televisieseries. Is deze manier van schrijven verschillend van het schrijven van boeken?

Erg verschillend. De vertelling is veel compacter en het belang van de dialogen veel groter. En ander cruciaal verschil is dat het een collectief gebeuren is. 


Als u met lezers uit diverse landen praat, ziet u dan verschillen in leescultuur? En in welke landen wordt het meest gelezen?

Ik ben niet zeker of ik dit helemaal juist zie. Ik heb de indruk dat lezen – zeker wat misdaadboeken betreft - wellicht populairder is in Frankrijk dan in sommige andere landen. De Fransen nemen het, op z’n minst gezegd, ernstiger dan in Groot-Brittannië. Dat merk je, onder meer, aan de kritische aandacht die het misdaadgenre krijgt.
Kustplaatsje bij Whitby, een setting in Vlees en Bloed
© Glen Bowman
Hebt u ook voeling met jonge lezers? En denkt u dat de leescultuur bedreigd wordt door allerlei computertoepassingen zoals sociale media?

In de loop van de laatste jaren heb ik één boek - Nick’s blues - geschreven voor jongere lezers. Dat is trouwens eerst verschenen in Frankrijk. Dat boek leverde niet ontzettend veel contact op met jongeren maar, wanneer dat wel het geval was, merkte ik dat ze sympathiseerden met wat ik deed.

Ik hoop dat de computer, e-boeken enz. een positieve invloed zullen hebben op het leesgedrag van mensen in plaats van hen weg te houden van boeken. Fingers crossed!

 
Er zijn auteurs die een aantal boeken schrijven. Er zijn auteurs die véél boeken schrijven. En er zijn auteurs - hier of daar iemand - die zo'n honderd boeken geschreven hebben.
Hoe heeft u dat voor mekaar gekregen... in één enkel leven?

Het korte anwoord is dat je lang leeft. Het wat langere antwoord is dat ik, in mijn hoofd, mijn schrijversleven in twee stukken verdeel. De eerste Resnick-roman Lonely Hearts was een keerpunt omdat ik voor de eerste keer langer dan een maand (ongeveer zes of zeven maanden) aan een boek had gewerkt én dat boek het eerste was dat door een gevestigde uitgever (Viking Penguin) gepubliceerd werd, eerst als hardcover, later als paperback.  
De periode vóór '89 noem ik de Pulp fiction years, de jaren nadien de Crime fiction years. In de tussenliggende periode heb ik mij beziggehouden met het schrijven van scenario's voor televisie.
 

Geen opmerkingen:

Een reactie posten